Wilt u graag een minnelijk akkoord voor uw schulden? Maar willen niet alle schuldeisers meewerken? Dan kunt u de rechter vragen om die schuldeiser(s) te dwingen om in te stemmen met de voorgestelde schuldregeling. Dit heet een dwangakkoord.
Aanvragen
Wilt u graag een dwangakkoord? Dan moet u bij de rechter een verzoek indienen. Dit verzoek moet u doen in het verzoekschrift WSNP. U moet een dwangakkoord altijd samen met toelating tot de WSNP aanvragen. Als de rechter u geen dwangakoord geeft, kan hij meteen beslissen of u toegelaten wordt tot de WSNP.
Procedure
De rechter roept u op voor de behandeling van uw verzoekschrift. De rechter roept ook de schuldeisers op voor de zitting. Tijdens de zitting kunt u uw verzoek toelichten. Uiterlijk de achtste dag na de zitting doet de rechter uitspraak. De rechter kan ook direct op de dag van de zitting uitspraak doen.
Krijgt u geen dwangakkoord? De rechter kan u wel toelaten tot de WSNP. Dat geldt niet als u uw verzoek om toelating tot de schuldsanering intrekt.
Beoordeling door de rechter
De rechter wijst uw verzoek toe als de schuldeiser geen goede redenen heeft om uw voorstel voor een schuldregeling te weigeren. De rechter houdt rekening met alle belangen en omstandigheden. In de onderstaande tabel staan voorbeelden van belangen waar de rechter rekening mee kan houden:
In uw belang | In belang van de schuldeiser |
---|---|
De schuldeiser vertelt niet waarom hij geen schuldregeling wil | De aangeboden schuldregeling geeft te weinig zekerheid aan de schuldeisers |
De schuldregeling is goed en betrouwbaar gedocumenteerd en voldoende onderbouwd | De rechter twijfelt of u de schuldregeling wel zult uitvoeren |
Het voorstel is het maximaal haalbare | Uw schulden zijn niet te goeder trouw onstaan |
De kans dat u terechtkomt in de WSNP is groot | U kunt meer aflossen als u wordt toegelaten tot de WSNP |